Eens per jaar is er in het dorp waar ik vandaan kom een grote markt met ’s avonds een tentefeest. Toen Robert en ik elkaar leerde kennen, was het vanzelfsprekend dat Robert mee zou gaan naar de Schapenmarkt. Het is een feest voor jong en oud. Veel familieleden (ooms, tantes, nichtjes en neefjes) gaan overdag (met kinderen) naar de markt. Het is de gewoonte dat ’s avonds iedereen naar de tent gaat om te “pilsen” met elkaar, te kletsen én te dansen. Ondanks dat Robert geen Langbroeker is, voelde hij zich goed op zijn gemak op de Schapenmarkt. Aan het einde van de middag haalde Robert altijd palingen om die samen met mijn moeder thuis op te eten. Ze smulden samen erg van die vette paling.
Daarna was het gebruikelijk dat we rond de klok van half
tien naar de tent gingen. Mijn vader ging ook altijd mee en Robert en hij tikten
dan samen met Ome Sjaak, Matthijs, Richard, Ome Daan en alle andere
familieleden aardig wat biertjes weg. Aan het einde van de avond was het vaste
prik dat Ome Sjaak het podium betrad en dan een showtje weggaf door “Oerend
Hard” van Normaal te zingen. Dat hoorde er gewoon bij. Robert genoot daar erg
van. Vaak ging ik al eerder naar huis toe en kwamen Robert en mijn vader “erg
gezellig” samen weer thuis. Ze hadden afgesproken samen nog heel lang dat te
gaan doen en het was echt hún ding. Helaas is deze traditie doorbroken. Wie
weet neemt Arthur deze plek over een jaar of 15 in. De Schapenmarkt is ten
slotte een familiefeest J.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten